De eerste sociale huismeester is gestart in Rotterdam. Leefbaar-wethouder Ronald Buijt gaf afgelopen maand het startsein voor de komst van de sociale huismeesters in de stad, de komende periode komen er meer bij.
Aanspreekpunt voor bewoners en bezoekers
“Wij zijn erg blij met de komst van de sociale huismeesters. De komende tijd zullen deze in verschillende seniorencomplexen aan de slag gaan, waar zij het aanspreekpunt zijn voor bewoners en bezoekers. Zij helpen bij het organiseren van activiteiten, houden een extra oogje in het zeil om de veiligheid te vergroten en kunnen ondersteuning bieden. Kort samengevat: ze helpen senioren om prettiger te wonen in het complex.”, zo legt Leefbaar-wethouder Ronald Buijt (Zorg, ouderen en jeugdzorg) uit. De sociale huismeester is onderdeel van de actieagenda Goud voor Oud, dat ze zorgwethouder afgelopen jaar lanceerde.
Goud voor Oud draait om de pijlers Preventie, Welzijn, Wonen en Zorg. In het programma wordt onder andere aandacht besteed aan valpreventie, bestrijding van eenzaamheid en talenten van ouderen in het zonnetje zetten en benutten. Ook is er speciale aandacht voor dementie, de komende jaren zal het aantal Rotterdamse ouderen met dementie stijgen.
Lang gekoesterde wens
Met de komst van de sociale huismeesters, gaat een lang gekoesterde wens van Leefbaar Rotterdam in vervulling. “Een belangrijk punt voor Leefbaar Rotterdam is dat onze ouderen gewaardeerd worden, in plaats van geschoffeerd. Iets dat het vorige stadsbestuur, met PvdA en GroenLinks, helaas deed. Zij bezuinigde op de zorg en sloten de belangrijke wijk- en zorgrestaurants. Toen Leefbaar in 2022 in het stadsbestuur kwam, werd het een belangrijke taak om in te zetten op waardering. De wijk- en zorgrestaurants keerden terug, inmiddels zijn het er tientallen en er komen nog steeds locaties bij. Daarnaast zijn er fors meer Thuisplusflats bijgekomen. Ik ben heel erg blij dat het aantal voorzieningen en de ondersteuning voor de Rotterdamse senioren fors zijn uitgebreid. En daar blijft Leefbaar zich voor inzetten.”, zo reageert Leefbaar-raadslid Caroline Aafjes-van Aalst (Zorg).