Ronald Buijt is een bekend gezicht binnen Leefbaar Rotterdam. In 2004 kwam hij binnen bij Leefbaar Rotterdam en in de periode van 2006 tot 2018 was hij raadslid voor de partij, waarvan hij het laatste deel ook fractievoorzitter was. Hierna werd hij voorzitter van Leefbaar Rotterdam en zette hij samen met Joost Eerdmans, ook een Leefbaar-kopstuk, de partij JA21 op. Voor JA21 werkte hij achter de schermen in de Tweede Kamer, tot hij als wethouder voor Leefbaar Rotterdam aan de slag ging. Maar Ronald Buijt is vooral gewoon een Rotterdammer die de stad een warm hart toedraagt en zich met veel passie hiervoor inzet.

Goed zijn voor onze ouderen

Inmiddels is Ronald Buijt al veertien maanden wethouder Zorg, Jeugdzorg en Ouderen. Een portefeuille vol uitdagingen. Het afgelopen jaar kan dan ook zeker een bewogen jaar worden genoemd. “Er zijn afgelopen jaar hele mooie dingen gerealiseerd, wat ook echt rijmt met de inzet van Leefbaar Rotterdam afgelopen verkiezingen. De afbraak van het ouderenbeleid wordt teruggedraaid, neem bijvoorbeeld de zorgrestaurants die weer terugkomen of doorstarten, de extra aandacht die we hebben voor ouderen met dementie”. Dat is dan ook misschien wel iets waar Ronald Buijt het meest trots op is, dat ouderen uit de eenzaamheid treden en weer voor een zacht prijsje met elkaar kunnen eten of een kaartje kunnen leggen. Minstens zo belangrijk vindt hij het dat er weer een vast aanspreekpunt voor de ouderen komt in het seniorencomplex. Of dat nu in de vorm van een huismeester is of iemand die een oogje in het zeil houdt. Goed zijn voor de ouderen die zich hun hele leven hebben ingezet voor onze stad, is duidelijk één van de dingen die Ronald Buijt drijft in zijn wethouderschap.

Bestuursopdracht Zorg

Eén van de grote uitdagingen binnen de zorgportefeuille is de Bestuursopdracht Zorg, een meer technisch verhaal. De stad Rotterdam gaf in 2018 ongeveer 600 miljoen euro uit aan zorg. Inmiddels is dit ruim 900 miljoen euro en als het in dit tempo doorgaat, gaan we binnenkort ruim over de 1 miljard euro heen. “Onhoudbaar, onbetaalbaar en onuitvoerbaar. We hebben niet alleen het geld niet, maar ook de mensen niet die deze zorg kunnen verlenen. Daarom moeten we echt met elkaar gaan kijken hoe we de zorg in de stad anders in gaan richten. Juist om ervoor te zorgen dat de zorg voor degenen die deze het hardste nodig hebben beschikbaar blijft.”

Wat Ronald Buijt betreft is er daarom echt een mentaliteitsverandering nodig, zowel in het zorgveld als bij de Rotterdammer zelf. Daarbij moet ook gekeken worden naar wat er binnen het eigen netwerk mogelijk is. “Als ik kijk naar mijn eigen situatie, ik heb zelf best een drukke baan, mijn zussen en vrouw zijn ook druk, maar toch regelen wij bijna alles zelf. Op vrijdag doe ik boodschappen voor mijn vader, mijn zus doet de was, mijn vrouw en andere zus doen het huishouden en op zondag ga ik vaak nog met mijn vader een uurtje in de omgeving lopen. De wijkverpleegster komt hem twee keer per week douchen. Zo zijn we er echt met elkaar voor hem. Ik besef dat dit lang niet bij iedereen mogelijk is maar waarschijnlijk wel vaker dan nu.”

Zorgaanbieders

Ook bij de zorgaanbieders is deze mentaliteitsverandering nodig. “Er komen gelukkig steeds meer mensen binnen het zorgveld die beseffen dat het op deze voet niet door kan gaan. Zij zitten gelukkig ook in dezelfde modus als waar wij in zitten, zij voelen die noodzaak ook.“

Volgens de wethouder lopen zorgaanbieders ook steeds meer aan tegen de personele problemen binnen de organisatie. Ook groeit bij hen het besef dat in sommige gevallen de zorg wel in een heel ruim jasje is gegoten. “Natuurlijk snap ik dat het soms lastig is om naar de eigen organisatie te kijken en te erkennen, als we nu eerlijk zijn, zijn we op sommige punten misschien ook wel een beetje doorgeschoten of te ruimhartig geweest.”

Om de Rotterdamse zorg in goede banen te leiden, moeten er regelmatig lastige keuzes gemaakt worden. De rol van de wethouder is hierin belangrijk, maar niet altijd makkelijk. “Klopt, ik heb geen academische achtergrond en kom niet uit de zorg zelf en stel soms ook de vragen die normaal nooit gesteld worden, waardoor mensen gaan nadenken en zeggen ‘zo hebben we het nog nooit bekeken’, dat is ook mooi. Dat is ook een onderdeel van wat anders moet, kijken naar wat wel kan, buiten de paden durven denken en niet altijd eerst bedenken waarom zaken niet kunnen. Neem bijvoorbeeld de AVG, die als doel heeft om mensen te beschermen tegen onnodige inmenging en bemoeienis van de overheid, maar het keert zich tegen ons in de praktijk. Ik zoek dan liever de randen op als dit in het belang van de Rotterdammer is.”

Angst bij Rotterdammers

Onder Rotterdammers leeft er ook angst over de zorg. Gaat het allemaal wel goedkomen, met de eigen zorgvraag of die van naasten? “Wij proberen die angst ook echt weg te nemen. We doen dit juist zodat de mensen die zorg nodig hebben, deze ook altijd blijven krijgen. Daarvoor is het wel belangrijk dat mensen die nu te veel zorg krijgen ook een stapje terug doen, ook met het netwerk samen te kijken naar wat door het netwerk opgevangen kan worden”. Als er een netwerk is, wordt er een beroep gedaan op mantelzorg. De wethouder benadrukt dat het nooit zo mag zijn dat iemand zonder netwerk hiermee ook zonder zorg komt te zitten.

Zorgrestaurants

Het afgelopen jaar hebben veel zorgrestaurants de deuren geopend. Senioren en wijkbewoners kunnen hier een hapje eten en de gezelligheid opzoeken. Gaan er in 2024 meer zorgrestaurants open? “Nou daar reken ik wel op ja, we hebben pas de aanbestedingen voor 2024 gehad en als ik het goed heb gaan we er in 2024 ongeveer vijftien bij krijgen. Dus daar kan ik mooi nieuws over melden. En ja, ik zal er ongetwijfeld ook weer een aantal zelf gaan openen, daar kijk ik naar uit.”