Vandaag spreken wij over de allereerste begroting van dit nieuwe college. Een college en coalitie die niet alledaags is. Wie twee jaar geleden geld had gewed op een college met Leefbaar én DENK, had heel veel geld gekregen of was voor gek verklaard. Maar toch doen wij het, ondanks de verschillen. Want die verschillen die zijn er, en die mogen en moeten er ook zijn. Dat is échte diversiteit van gedachten. Dat is durven om uit je politieke loopgraaf te stappen. Daarom ben ik trots op onze partij, op DENK, maar ook op de VVD en D66, die wél bereid zijn om naar de geluiden uit de stad te luisteren en over hun schaduw durfden heen te stappen.
Voorzitter,
Dit op papier ongewone college bestuurd onze stad in een ongewone periode. Want er zijn echt heel veel zorgen die leven bij Rotterdammers. Op het gebied van onze veiligheid, de asielinstroom, ruimtelijke ordening, het kunnen betalen van alledaagse kosten zoals de energierekening of de boodschappen én het vinden van een huis voor onze opa en oma, ons kind of misschien wel voor onszelf. Steeds vaker hoor ik om mij heen dat onze veiligheid op straat, het krijgen van een woning óf een voedende gezonde hap worden gezien als een luxeproduct. Laat ik heel duidelijk zijn: voor Leefbaar Rotterdam zijn dit soort zaken geen luxe, nu niet en nooit niet. Daar zullen wij ons de komende jaren hard voor maken, ook al kunnen we als gemeenteraad geen gouden bergen beloven.
Geen gouden bergen beloven betekent niet dat we niet ambitieus zijn. Integendeel. De Rotterdammer gaat de komende jaren merken dat Leefbaar Rotterdam weer aan de knoppen zit. Allereerst op veiligheid. Want we zien namelijk dat er meer, veel meer geld wordt uitgetrokken de komende jaren. En dan spreek ik over de begrote plannen en ambities. In 2023 geven wij een kleine 9,4 miljoen euro uit aan investeringen. In 2024 explodeert dit bedrag naar ruim 22 miljoen euro. Dat is een combinatie van inzetten op wat werkt, maar ook het introduceren van nieuwe plannen. Maar allereerst moet de basis op orde.
De basis is het fatsoenlijk betalen van onze boa’s. Daar maken we de komende jaren fors geld voor vrij. We halen al honderden wapens per jaar van straat met preventief fouilleren en dat blijven wij doen. Wat ons betreft mag dit nog vaker gebeuren dan dat we nu al doen. We investeren in extra OV-surveillanten, zodat Rotterdammers met een veilig gevoel ’s avonds in de metro kunnen zitten. Daarnaast introduceren wij pleinstewards, die met name in de avonduren straatoverlast moeten tegengaan. De tijd dat ouderen ’s avonds hun hondje niet meer durven uit te laten, of tuig dat onder hun slaapkamerraam hangt, moet tot het verleden gaan behoren.
Ook aan de preventieve kant gaat er veel gebeuren. We voeren campagnes tegen seksuele straatintimidatie en investeren in jongerenwerkers die onze jeugd op tijd uit de klauwen van de drugsmaffia moeten houden. Voor ons zal de lijn voor de komende jaren helder zijn: we gaan door en zetten in op wat zichtbaar werkt, maar durven ook bij te sturen en misschien zelfs te stoppen met plannen die niet werken. Want Rotterdam is niet gebaat bij de papierenwerkelijkheid van onze bubbel in het Stadhuis, maar op plannen die werken op straat.
Voorzitter,
De ondermijnende criminaliteit is het betonrot van onze gemeenschap. Net als betonrot zorgt ondermijning voor het structureel aantasten van de omgeving. Dat vereist een strijd om de lange adem en wij voelen de ambitie om die strijd op te schroeven. En daarvoor hebben we een aanpak nodig op hotspots van ondermijning: winkelstraten. De alliantie Hand in Hand op de Beijerlandselaan laat zien hoe het kan. 117 van de 240 winkels waren bij aanvang van dit plan verdacht van ondermijning. Er wordt daar dag in en dag uit hard gewerkt om deze straat een upgrade te geven. Deze aanpak moeten we verder uitrollen. Te beginnen op de Slinge, Wolphaertsbocht en Crooswijkseweg. Dit zijn straten waar ondermijning als betonrot werken op de gemeenschap. Daarom de motie: Voor een winkelstraat om trots op zijn!
Nederland verkeert in een ontwrichtende asielcrisis. De asielinstroom gaat volgend jaar ruim over de 50.000 heen en maatregelen om de instroom in te dammen blijven uit. Bij ongewijzigd beleid zal de instroom alleen maar blijven toenemen. Maar het enige antwoord van Den Haag is: meer opvangplekken. Kortom: het landelijke asielbeleid faalt. En de gevolgen daarvan worden bij gemeenten over de schutting gegooid. Ook hier bij ons in Rotterdam.
Bijvoorbeeld in de vorm van de verplichte huisvesting van statushouders. De taakstelling voor de eerste helft van 2023 bedraagt al 784 statushouders die Rotterdam een woning moet geven. Bijna twee keer zoveel als afgelopen half jaar. Een aantal dat door de steeds hogere asielinstroom, en daardoor steeds meer verblijfsvergunningen, verder zal stijgen. Rotterdammers zien hun kinderen die op de wachtlijst voor een sociale huurwoning staan, gepasseerd worden door een steeds grotere groep statushouders. Deze situatie is onhoudbaar, onrechtvaardig en aan geen enkele Rotterdammer uit te leggen. We zijn daarom blij met de afspraak in het coalitieakkoord om bij het Rijk aan te dringen op een andere verdeelsleutel. Niet op basis van inwoneraantal zoals nu, maar op basis van draagkracht, zodat Rotterdam wordt ontzien en de druk op onze toch al veel te krappe woningmarkt door statushouders afneemt. Graag hoor ik van het college een update. Hoe staat het hiermee? De nood is hoog, dus er is haast geboden.
Voorzitter,
Terwijl het kabinet de poorten wagenwijd openzet, snappen we in Rotterdam wél dat er grenzen zijn aan wat een samenleving aankan. We zijn als Leefbaar dan ook trots op de harde grens die we in het coalitieakkoord hebben getrokken: niet meer dan 500 asielzoekers in Rotterdam. Punt. Al belt Eric van der Burg honderd keer per dag. In zijn Amsterdam mag dan het motto ‘hoe meer asielzoekers, hoe beter’ gelden, wij maken een fundamenteel andere keuze. Dat is ons recht als gemeente. Maar de bijl dreigt aan de wortel van die lokale democratie gezet te worden. Het kabinet komt met een dwangwet om gemeenten te verplichten tot asielopvang. Den Haag wil dat we minstens drie keer zoveel asielzoekers als nu gaan opvangen. Een ondemocratische actie van een regering die gemeenten met keiharde dwang de gevolgen van haar eigen failliete beleid wil laten oplossen. Deze dwangwet moet en zal van tafel. Wij gaan er alles aan doen wat in onze macht ligt. Want in Rotterdam zijn WIJ als gemeenteraad de baas.
Voorzitter,
Vuiligheid. Het was de afgelopen vier jaar zonder Leefbaar aan de knoppen misschien wel de grootste ergernis van de Rotterdammer. Langzaam maar zeker veranderde onze schone, mooie stad in een smerige stad. Voor ratten en meeuwen was het in Rotterdam nagenoeg iedere dag carnaval. Nog altijd sluimert dit probleem voort. Leefbaar ontvangt nog steeds meldingen over de buitenruimte, weliswaar minder dan voorheen. Wij blijven de komende jaren kritisch, want een partij die roept dat het beter moet, moet ook gaan leveren.
De begroting voor aankomende jaar geeft reden tot optimisme. De extra investeringen in onze buitenruimte zijn fors. Er komt nieuw beleid, of nieuwe acties, voor 6,7 miljoen, wat tot 2026 oploopt naar een kleine 13,2 miljoen. Daarmee is de straat nog niet schoon, maar het zegt wel iets over de ambities van dit college. Op het gebied van afvalinzameling wordt volgend jaar ruim 2,4 miljoen euro extra geïnvesteerd. Welke concrete verwachtingen heeft de wethouder wat dit geld gaat opleveren voor de wijk? Hoe vaak gaan we bijvoorbeeld vaker afval in de wijk ophalen?
Een nieuw concept zijn de runners. Hoeveel runners krijgen we de komende jaren? En kan de wethouder aangeven wat dat concreet gaat opleveren voor een wijk? Bijvoorbeeld hoe vaak in de week een wijk wordt aangedaan door een runner? En hoe werkt het aansturen: gebeurt dit via een algoritme, zoals bij een scanauto?
En hier blijft het niet bij, want voorkomen is nog altijd beter dan genezen. Dit college komt namelijk niet alleen als het vuil al naast is geplaatst, ze komen daarvoor al in de wijken. Met minimaal 100 pop-up milieuparken trekken wij de wijken in. Hiermee halen wij het afval bij de Rotterdammers op voor het ooit de straat kan raken. De drempel om op een goede manier van je afval af te komen? Die zal onder dit college op zijn laagst zijn! Oók op zondag, want dan is de milieustraat in West open. Want hoe kan een stad werkelijk leefbaar zijn als het afval de straten overneemt?
Tot slot nog een vraag over de organisatie, want in de begroting lezen we dat hierop een besparing van zo’n 1,2 miljoen euro is geboekt, welke de komende jaren ook nog eens met tonnen oploopt. Hoe kan je meer doen met minder organisatie?
Voorzitter,
Zoals ik al eerder zei leven wij in een ongewone tijd. Het is een tijd waarin de normale hardwerkende Rotterdammer opeens geconfronteerd wordt met torenhoge energierekeningen, historisch hoge inflatie en een koopkrachtdaling van heb ik jou daar. En alhoewel wij nog ver weg zijn van een armoedevrije stad, gaat dit college toch echt gigantische stappen zetten op dit domein. Deze stad kan namelijk ook zeker op dit moment niet anders van ons verwachten.
Geen woorden, maar daden zijn nodig. Een spreuk, voor vele Rotterdammers, en nu ook weer voor het college. Dit is alleen al te zien aan de manier waarop het college reageerde op geluiden uit onze stad. Dit zagen we alleen al toen de signalen over de stijgende energierekening de Coolsingel bereikte. Het college steekt de koppen bij elkaar met een interbestuurlijk team in de strijd tegen armoede. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering hiervan? Ik hoor daar graag meer over.
En los van het reageren op de crisis, werkt dit college ook aan oplossingen met een structureel doel. Zover ik weet is er nog nooit zoveel geld gereserveerd om armoedeproblematiek bij de wortel aan te pakken. We zijn dan ook erg benieuwd naar de concrete plannen die gaan komen voor het Armoedefonds van 20 miljoen euro.
Voorzitter,
Leefbaar Rotterdam maakt zich zorgen. Veel werkende Rotterdammers die normaal gesproken altijd nét aan kunnen rondkomen, dreigen in drijfzand te raken. De werkende Rotterdammers met een bescheiden inkomen, maar ook onze MKB’ers, (bijvoorbeeld onze bakkers) de mensen die de ruggengraat en het karakter zijn van onze stad. Deze Rotterdammers staan vaak niet op de radar, kunnen geen gebruik maken van allerlei regelingen en zullen van wanhoop niet weten wat te doen. Dit vinden wij moeilijk te verkroppen en daarom willen wij het volgende weten van dit college:
- Hoe zorgen we ervoor dat we deze groepen in zicht krijgen?
- Welke bestaande sociale regelingen kunnen worden omgebouwd om deze groep werkende Rotterdammers te kunnen dienen?
- Wat kunnen we doen voor het MKB om hen te ondersteunen?
Voorzitter,
Bouwen en Wonen, het is een complex thema waar we als gemeente – terecht – veel op worden aangekeken. Onze kinderen en kleinkinderen kunnen geen huis meer vinden aangezien de middenklasse het ook steeds lastiger krijgt om een geschikte woning te vinden. Dit is niet enkel in Rotterdam het geval, maar heel Nederland heeft hier last van en in sommige gemeenten zijn de wachtlijsten voor sociale huurwoningen nog altijd meer dan 10 jaar. De gemeenten zijn nog altijd aan zet en waar de landelijke overheid graag meer het roer over wil nemen, moeten wij ook als gemeente, blijven bewegen.
Het is daarom goed dat we in Rotterdam de ambitie hebben om jaarlijks 3.500 tot 4.000 nieuwe woningen bij te bouwen. Dit aantal zal worden uitgebouwd uit meer dan de helft voor sociale- en middenklasse woningen. Het is super dat we deze ambitie hebben en dat we op deze manier echt tempo maken met ons aandeel leveren in deze woningcrisis. In de afgelopen raadsperiode diende toenmalig fractievoorzitter Robert Simons een initiatiefvoorstel in om onze eigen Rotterdammers voorrang te geven bij het zoeken van een woning. Binnenkort gaan we dit voorstel verder bespreken maar wat ons betreft is het noodzakelijk dat we deze maatregel zo snel mogelijk door gaan voeren, zodat onze inwoners binnen hun geliefde stad, als eerste aan de beurt zijn voor een woning.
Al die snelheid voor nieuwe woningen is super, maar dit mag niet veelvuldig ten koste gaan van het woongenot en de faciliteiten van de huidige inwoners van onze stad. Daarom gaan we als raad binnenkort naar aanleiding van een voorstel van Leefbaar raadslid Verhoef, in gesprek om te kijken hoe we omgaan met het verdwijnen van faciliteiten ten koste van nieuwe woningbouw. Denk bijvoorbeeld aan sport- of speelplaatsen, volkstuinen en andere openbare faciliteiten, want de bouwopgave is belangrijk, maar daar moeten onze huidige inwoners, niet de dupe van worden.
De afgelopen weken waren ook een bijzondere weken voor woningbouwplannen in Rotterdam. Waar de Raad van State meerdere plannen heeft afgewezen, terwijl deze wel van groot belang zijn voor het behalen van de ambitie die deze coalitie heeft op het gebied van woningbouw. Als Leefbaar Rotterdam vragen we ons dan ook af, of onze woningbouwambitie nu onder druk komt te staan door deze uitspraken van de Raad van State?
Voorzitter,
Tot slot dienen wij op een aantal andere thema’s moties in. Allereerst de motie Lief, klein stoer zakje, die ik mede namens een hele bonte stoet aan partijen indient. De motie vraagt kortgezegd om een campagne en gemeentelijk beleid tegen Snus, een vorm van tabak die populair is onder minderjarigen.